Page 8 - NW-UM0017-Fantasia-Sonata-unv12
P. 8

Voorwoord

                                                                                                                      1
               Er zijn veel meer onvoltooide dan voltooide composities van Beethoven bewaard gebleven. In de Kafka collectie  van
               schetsbladen bevinden zich bijvoorbeeld alleen al ongeveer 600 fragmenten die ideeën bevatten voor afzonderlijke werken.
                                                                                                                          2
               Een voorbeeld: Gustav Nottebohm schatte dat Beethoven alles bij elkaar aan minstens vijftig symfonieën is begonnen.
               Sommige schetsen zijn een paar maten lang, maar vaak heeft een schets een aantal elementen gemeen met de definitieve
               versie van een gepubliceerd werk, waardoor de schets als een voorstudie kan worden beschouwd. Als voorbeeld zouden
               we kunnen noemen de schets van een geplande sonate in c, 1798.  Deze heeft overeenkomsten met de Sonate Pathétique
                                                                          3
               Opus 13 die later werd gecomponeerd. Zo zou je de schets een voorstudie kunnen noemen.

               Er zijn echter ook voorbeelden van  schetsen die uiteindelijk niet werden  gebruikt voor de definitieve versie, zoals de
               schetsen voor de finale van de Negende Symfonie Opus 125.  Een ander probleem vormen de composities die gedeeltelijk
                                                                     4
               of geheel verloren zijn gegaan, maar waar we wel van weten dat zij hebben bestaan. Zoals in het geval van het vroege
               Vioolconcert in C WoO 5 . Van dit werk zijn 259 maten in Reinschrift overgeleverd en precies bij maat 259 werd het in
               tweeën gescheurd.  Van andere werken bestaan nog fragmentarische partituren waarbij alles erop lijkt te wijzen dat ze
                                5
               eens volledig moeten zijn geweest. Als voorbeeld noem ik het Hoboconcert in F WoO 206   en de Romance cantabile in e
                                                                                               6
               WoO 207.

               Enkele belangrijke schetsen die Beethoven in de loop der tijden gemaakt heeft, zijn:
               Fantasie Sonate in D Unv 12 , 1792-1793; Symfonie in C Unv 2 , 1795-1796; Tripelconcert in D Unv 5 , 1802; Vestas Feuer
               Unv 15, 1803; Pianoconcert No.6 in D Unv 6, 1815; Pianotrio in f Unv 10, 1816; Strijkkwintet in d Unv 7, 1817; Mis in cis,
               1823-1824; Ouverture op B A C H, 1822-1825; Symfonie No.10 in Es/c Unv 3, 1822-1825; Strijkkwintet in C WoO 62, 1826-
               1827. Van de Symfonie in C Unv 2 werden in 1795-1796 uitgebreid schetsen gemaakt. De schetsen houden verband met
               het eerste deel en bevatten een paar invallen voor de overige delen. De symfonie zou beginnen met een introductie die
               deels in 3/4, deels in 2/2 maat zijn opgetekend en een allegro met een thema dat uiteindelijk in gewijzigde vorm zou
               worden gebruikt in de finale van de eerste symfonie. Wat de reden is dat Beethoven deze schetsen nooit heeft uitgewerkt,
               weten wij niet. Wellicht was hij niet tevreden en kreeg later invallen voor de uiteindelijke Eerste Symfonie in C Opus 21 die
               meer  beantwoordde aan zijn  doelstellingen. Vermoedelijk werd het  Tripelconcert  in  D  Unv 5  vervangen door  het
               Tripelconcert in C Opus 56 . Dit geldt enigszins ook voor het operafragment Vestas Feuer Unv 15 . Hij schreef een 275 lange
               eerste  scène  vrijwel  volledig in  partituur,  maar  blijkbaar  ergerde  Beethoven  zich  aan  het  libretto  en  aan  het  feit  dat
               Schikaneder niet  wilde  verbeteren.  Dus  werkte  hij uiteindelijk  aan  Leonore Hess  110  en bleef  Vestas  Feuer Unv  15
               onvoltooid.

                                                                                       7
               Na 1813 tot 1817 werkte Beethoven nog aan het Zesde Pianoconcert in D Unv 6   waarvan het eerste deel een heel eind
               vorderde. Ook hier stopte Beethoven echter met het verder uitwerken van dit concert. Daarna heeft Beethoven zich nog
                                                        8
               beziggehouden met het Pianotrio in f Unv 10   maar ook dit werk werd halverwege het eerste deel terzijde gelegd. Dan
               kennen we nog het openingsgedeelte van een Strijkkwintet in d Unv 7  met een  aansluitende fuga, die de componist
               uiteindelijk  gebruikte  in  de  Negende  Symfonie  Opus  125.   Van  de  overige  schetsen  uit  deze  tijd  zijn  er  veel  minder
                                                                    9
               fragmenten overgeleverd, onder andere de B A C H Ouverture en de Mis in cis. Van de Tiende Symfonie Unv 3   zijn
                                                                                                                      10
               ongeveer vijftig losse schetsen bewaard gebleven. De componist heeft de schetsen echter nooit in partituur uitgewerkt,
               wat wel is gebeurd met de meeste bovengenoemde werken.


               1   The Kafka Sketchbook, autograph miscellany from circa 1786 to 1799, London 1970, published by The Trustees of the
                   British Museum
               2   Gustav Nottebohm, p. 13, 1887
               3   The Kafka Sketchbook f.117 r.
               4   This sketch was used as a theme for the last movement Allegro appassionato of the String Quartet No.15 in A minor Opus 132.
                   Joseph Kerman: The Beethoven quartets, p. 262, London, Oxford University Press 1967
               5   a/ Kinsky-Halm, Ludwig van Beethoven, Thematisch-bibliographisches Werkverzeichnis, Volume 2, p. 13, G. Henle Verlag,
                       München 2014
                   b/ Concerto in C major for Violin and Orchestra WoO5, reconstruction of the first movement by Cees Nieuwenhuizen Opus 71,
                        Upstream Music UM 0011, Alkmaar, The Netherlands, 2005
               6   Concerto in F major for Oboe and Orchestra WoO 206, reconstruction of the first and second movement by
                   Cees Nieuwenhuizen Opus 91, Upstream Music UM 0099, Alkmaar, The Netherlands, 2019
               7   Concerto No.6 in D major for Pianoforte and Orchestra Unv 6, reconstruction of the first movement by
                   Cees Nieuwenhuizen Opus 83, Upstream Music UM 0023, Alkmaar, The Netherlands, 2017
               8   Trio in F minor for Violin, Violoncello and Pianoforte Unv 10, reconstruction of the first movement by
                   Cees Nieuwenhuizen Opus 89, Upstream Music UM 0038, Alkmaar, The Netherlands, 2019
               9   Maestoso and Fugue in D minor for String Orchestra Unv 7/Opus 137, arrangement Cees Nieuwenhuizen Opus 66,
                   Upstream Music UM 0008, Alkmaar, The Netherlands, 2005
               10  Symphony No.10, Barry Cooper, Universal edition, 1988. Dr. Barry Cooper: Newly identified for Beethoven’s tenth symphony,
                   a realization in the Beethoven newsletter 3, pp. 25-31, 1988

                                                                    V
   3   4   5   6   7   8   9   10   11   12   13